Geschreven door: Faith Rusmianto en Sharif Rabbae, februari 2017.
Lege gangen, lege klaslokalen en stilte in en rondom de school. Het was overduidelijk dat de leerlingen van deze basisschool een dag vrij hadden. De docenten hadden zich verzameld in een van de klaslokalen. Iets voor half 9 op een woensdag in januari zaten de 19 leraren gereed met koffie en hun pennen in de aanslag. Deze ochtend stond in het teken van de training ‘Omgaan met radicalisering in het primair onderwijs’, specifieker: extreme uitlatingen en gedrag in de klaslokalen. Zijn de docenten in staat hun persoonlijke en professionele grenzen te verdedigen? Onder begeleiding van Publinc’s seniortrainer Khalid Boutachekourt kregen de cursisten antwoord op deze vraag.
Idealiter is een basisschool politiek neutraal terrein; een plek die kinderen de mogelijkheid biedt om zich te ontwikkelen door zichzelf te zijn. Helaas staan deze basisvoorwaarden onder druk door maatschappelijke ontwikkelingen die het schoolplein overstijgen. Polarisatie werkt radicalisering in de hand. En dan hebben we het niet over moslimextremisme, maar over uitspraken die tegen het rechts-extremisme aanleunen. Ze zetten de sfeer in de klas onder druk. Het is een tegenreactie op de angst die de IS-propagandabeelden en vluchtelingenstromingen van 2015 en 2016 bij een deel van de autochtone bevolking hebben veroorzaakt. Deze angst en boosheid wordt van ouder op kind doorgegeven. Radicalisering op een witte school.
Een kind van nog geen 9 jaar oud dat roept dat alle grenzen dicht moeten en de vluchtelingen het land uit; bij sommige docenten roept dit sterke emoties op. Maar hoe reageer je op een professionele manier die jouw autoriteit als leerkracht niet ondergraaft. Normaliter zou de ouders hierop aanspreken. Maar hoe pak je dit aan als ouders 100% achter een dergelijke uitspraak staan? Professionals van basisscholen lijken steeds vaker geconfronteerd met dit soort ongemakkelijke situaties. De behoefte om hierin te worden getraind wordt steeds pregnanter.
– Dutch children apologize for terrorism.
De training is een zelf-analytische tool voor docenten. Persoonlijke standpunten en emoties van docenten rondom polariserende onderwerpen worden eerst verkend door middel van werkvormen en beeldmateriaal. Bovenstaand filmfragment riep bij sommige cursisten reacties van herkenning op. Het geeft een eerste inzicht in het effect van negatieve stereotypering op kinderen.
Wanneer kunnen we eigenlijk over radicalisering praten en wat betekent het begrip precies? De trainer behandelt deze kernvraag door de theoretische componenten die links-, rechts-, en zelfs milieu-activistisch extremisme met elkaar verbinden, uit te leggen. De kern: het individu radicaliseert als hij of zij bereid is wetten te overtreden om zijn politieke doel te bereiken.
Door tijdens de training de juiste omstandigheden te scheppen worden de docenten in staat gesteld hun ervaringen en meningen met elkaar te delen. Een goede trainer dient eerst de omvang van het radicaliseringsprobleem op school te achterhalen om goede oplossingen te kunnen geven. Belangrijk om hierbij op te merken is dat het radicaliseringprobleem vooral een perceptie-vraagstuk is. En percepties kunnen soms sterk uiteenlopen:
“Ik maak mij zorgen over extreme denkbeelden van leerlingen in mijn klas.”
Meer dan 50% stak hun vinger op en herkenden zichzelf dus in deze stelling.
“Polarisatie of radicalisering komt op onze school niet voor.”
Niemand stak zijn of haar vinger op.
“Ik weet hoe ik moet handelen wanneer mijn leerlingen met polarisatie en radicalisering in hun omgeving te maken krijgen.”
Er was veel twijfel over deze stelling. Iedere leerkracht had wel een idee over de manier waarop zij zelf zouden handelen, zij misten een gezamenlijke lijn of aanpak.
Als leraren niet serieus worden genomen door ouders, wordt hun gezag steeds meer ondermijnd. Hierdoor gaan ouders sneller grenzen overschrijden. Docenten moeten de confrontatie leren aan te gaan. “Maar hoe kan ik dit doen als ik geen zekerheid heb of mijn collega’s achter mij staan?”. Het is opvallend dat vrijwel iedere deelnemer aan deze training het gevoel deelt dat je er als docent alleen voor staat. Hoewel iedere docent al die tijd met hetzelfde probleem worstelt, wordt tijdens de training pas duidelijk hoe erg dit een obstakel vormt voor plezierige werkverhoudingen op school. Leerkrachten dienen elkaar te ondersteunen in het stellen van grenzen. Treed op als éénheid en schep duidelijkheid over de gezamenlijk aanpak. Op deze manier zendt de school duidelijke signalen uit naar ouders die zich genoodzaakt zullen voelen om de grenzen van de docent te respecteren. De leerkrachten uitten hun bereidheid om hieraan te werken; ze staan alleen voor de klas maar naar buiten moet het docentencorps soms meer als één front opereren.
Er is een behoefte aan collectieve bewustwording en training in het onderwijs om met extreem gedrag om te gaan. Publinc’s trainingen omgaan met radicalisering zijn hét startpunt voor leerkrachten om tot een gezamenlijke aanpak te komen die de professionaliteit waarborgt en de persoonlijke grenzen van de docenten respecteert.

